Ons verleden loopt altijd met ons mee
We kennen en herkennen dingen omdat we ze ons herinneren. Zonder geheugen zouden we moeilijk onze weg in de wereld kunnen vinden.
Je zou kunnen zeggen dat we voornamelijk in een “herinnerd heden” leven, om een bekende uitdrukking van Gerald Edelman te gebruiken. In psychotherapie werk je daarom in principe altijd met zaken uit het verleden: emoties, overtuigingen, lichaamssensaties en gedrag die gereactiveerd worden in het hier en nu. Zo beschouwd is alle therapie regressietherapie.
“Regressie” betekent letterlijk “achteruitgang”. In het kader van psychotherapie bedoelen we hiermee dat iemand terugvalt in gedrag en functioneren. Dit in vergelijking met wat je, normaal gesproken van haar/hem zou verwachten. Iemand valt terug op gedrag uit een eerdere periode in haar/zijn leven, meestal de kindertijd. Een kort voorbeeld ter illustratie: een medewerkster die in haar werk uitstekend functioneert, komt tijdens een functioneringsgesprek niet uit haar woorden. Ze voelt zich onzeker, nerveus en verward. Zo kent men haar niet. Tijdens dit gesprek is haar gedrag heel anders dan verwacht. De competente medewerkster lijkt veranderd in een onzeker en nerveus kind. In dit geval kun je denken aan regressief gedrag.
Regressietherapie is zeer geschikt als je “out of context” reageert, dat wil zeggen als je gedrag, je emoties en gedachten sterk afwijken van wat, normaal gesproken, in de betreffende situatie logisch en gepast zou zijn. In alledaagse termen spreken we in dit geval van een overreactie. Je gedrag, emoties en je lichamelijke respons missen dan een logisch verband met de prikkel (ook wel trigger) die jou activeert. Vaak weet je wel dat het om een oud soort gevoel en gedrag gaat, iets wat je al veel langer en vaker hebt meegemaakt. Wij beschouwen dit soort overreacties in ons psychotherapeutisch werk als onvrijwillige trances, ook wel natuurlijke trances genoemd.
Meestal is bij een “out of context” reactie heel de persoon in rep en roer. We nemen samen met de client alle reacties door. Zo kijken we in een regressietherapiesessie eerst naar de situatie en context waarin je het regressieve gedrag vertoonde, en we onderzoeken de eventuele triggers waardoor dit gedrag werd geactiveerd, en hoe je daarop reageerde. We schenken dan aandacht aan wat je doet, wat je in je lichaam ervaart en hoe je je daarbij voelt. Ook belemmerende overtuigingen en zelfoordelen komen vaak naar boven.
Bewust “in regressie gaan” om een onvrijwillige, natuurlijke trance op te laten lossen
Bovengenoemde reacties, de mentale, emotionele en lichamelijke reacties van de cliënt, vormen de bouwstenen van een sessie. We slaan met het geheel van deze reacties een “brug” tussen de “out of context” ervaring van het hier-en-nu en eraan ten grondslag liggende herinneringen van daar-en-toen, eerder in het leven van de cliënt. Door je aandacht hierop te richten wordt de onvrijwillige, natuurlijke trance verdiept. Zo kunnen herinneringen uit vroegere situaties geactiveerd worden en kun je weer situaties terugzien of gevoelens herbeleven van daar-en-toen. Met de bewuste aandacht van hier-en-nu kun je oude gevoelens verwerken, opgekropte spanning en pijn loslaten en oude oordelen over jezelf herzien. Deze bewuste aandacht en de verbinding voelen met je volwassen capaciteiten en inzichten zorgen er, samen met de veilige begeleiding van de therapeut, voor dat je afstand kunt nemen van de traumatische ervaringen.
Traumatische ervaringen
Deze werkwijze blijkt uitermate geschikt voor het verwerken van traumatische ervaringen en PTSS. Traumatische gebeurtenissen zijn vaak onverwacht, overweldigend en daardoor verwarrend. Je lichaam maakt alles mee, maar je bewuste geest is niet in staat alles helder te registreren. Daarom zijn traumatische herinneringen veelal onbewust en impliciet: de zintuiglijke indrukken, emoties en lichaamssensaties worden onbewust geregistreerd. Ook de conclusies, oordelen of generalisaties die je uit deze beladen of verwarrende situatie ooit hebt getrokken, zijn onbewust ontstaan.
De expliciete, bewuste, opslag wordt geheel of gedeeltelijk geblokkeerd. Volgens neurologische onderzoekers wordt de hippocampus (een deel van je brein, verantwoordelijk voor je besef van zelf en tijd) tijdens een traumatische situatie geheel of gedeeltelijk uitgeschakeld ten gevolge van een overvloed van adrenaline of cortisol in je lichaam.
Werken met emoties, lichaamsgevoelens, mentale conclusies en overtuigingen
Tijdens een regressiesessie besteden we eerst aandacht aan wat je lichamelijk en emotioneel steeds met je meegedragen hebt, je maakt er contact mee en doorvoelt het. Daardoor krijgen je emoties en je lichaam de gelegenheid die dingen te uiten of te voltooien die ten tijde van de traumatische ervaring geremd of geblokkeerd werden. Dit heeft een heilzaam effect. Je “schudt” als het ware de traumatische ervaring uit je lijf.
Ook de belemmerende overtuigingen die je als conclusies uit de beladen situatie meegenomen hebt, sporen we op en je ontwikkelt gezonder overtuigingen voor het hier-en-nu. Dat gebeurt over het algemeen in de integratiefase van een sessie waarin je als cliënt met volwassen ogen kijkt naar wat je als kind meegemaakt hebt.
Integratie in je geheugen en met je levensverhaal
Een belangrijk nuttig effect van regressietherapie is geheugenintegratie. We slaan onze ervaringen op in verschillende lagen van ons geheugen:
- De eerste laag, het impliciete geheugen, begint in de moederschoot en is dominant tijdens de eerste levensjaren. Ook tijdens traumatische ervaringen is dit deel van je geheugen dominant ten gevolge van de (gedeeltelijke) uitschakeling van de hippocampus.
- Later in ons leven verwerf je een expliciet geheugen, waarbij feitelijke en autobiografische informatie beschikbaar is.
Geheugenintegratie komt tot stand doordat je meer zicht krijgt op de impliciete puzzelstukjes uit het verleden. Als deze expliciet kunnen worden en je ze dus kent, ben je in staat meer in het heden te leven en kun je keuzes maken over hoe je je leven in wilt richten.
In de bredere zin kan regressietherapie bijdragen tot narratieve integratie. We spreken van “narratieve integratie” als je je eigen levensverhaal op consistente wijze kunt vertellen. Ook deze term ontlenen we aan de meer neurologisch georiënteerde visie op psychotherapie. We krijgen zicht op de betekenis van ons leven door de verhalenverteller van onze linkerhersenhelft te verbinden met de opslag van autobiografische herinneringen aan de rechterzijde.
Meer weten over regressie, geheugen en het brein? Klik hier!